Met de Infolijn bellen?

In deze eerste aflevering van ‘Met de Infolijn bellen?’ interviewt Bert Wit Infopunt medewerkster Marian Vrolijk. Marian werkt nu ongeveer 10 jaar als vrijwilligster bij de Stichting EHS. De eerste 5 jaar in het redactieteam voor de nieuwsbrief samen met Hugo en Carolien Schooneveld. Sinds 2015 zit ze wekelijks op dinsdagmiddag aan de Infolijn.

Marian is 64 jaar en woont in Duivendrecht. Ze heeft vroeger bij een mondhygiënistenpraktijk gewerkt en werd daarbij op een gegeven moment erg elektrogevoelig. Zo is ze bij Stichting EHS terecht gekomen. Als Bert haar belt om haar te interviewen vertelt ze met veel enthousiasme allerlei interessante weetjes die ze in haar lange loopbaan uit de ervaring met elektrogevoeligen heeft geleerd. 

Wat trok je aan om als vrijwilliger bij het Infolijn te gaan werken?
Ik wil graag  mensen helpen met EHS omdat ik daar in de loop van de jaren veel expertise over heb gekregen. Voordat ik begon met dit werk heb ik enkele trainingen gedaan bij o.a. stralingsdeskundigen en mensen die veel van EHS weten. Ook lees ik er zelf veel over. Als mensen mij bellen via de Infolijn dan wil ik ze zoveel mogelijk op het spoor te krijgen dat ze zelf actie gaan ondernemen. Als dat lukt, en een beller merkt een verbetering, dan geeft dat me een kik.

Hoe vaak word je gebeld met vragen?
Gemiddeld één à twee keer per middag.

Wat voor vragen krijg je? Kan je wat onderwerpen noemen?
Er is een grote variatie aan vragen die die ik via de Infolijn krijg. Veel mensen maken zich zorgen over de komst van 5G. Eerst was het 3G en toen kregen mensen meer klachten van 4G, en schrikbarend veel mensen hebben veel meer last van de 4G plus masten. Die hebben al gauw enkele honderden tot duizenden microwatt/m2 rondom de masten. Bij 3G was dat enkele tientallen microwatt/m2 rondom, dus de stralingsintensiteit is de afgelopen tien jaar fors toegenomen. 

Ook bellen regelmatig mensen met een uitkering die geen geld hebben voor isolatiematerialen van Vitalitools. Dat is dan altijd moeilijk. Soms verwijs ik ze door naar de lijst met 10 maatregelen die op de website van Stichting EHS staan en die je zelf kunt nemen zonder dat ze veel geld kosten. Ik vraag ook altijd wat voor apparaten mensen in huis hebben en waar die staan. Soms verwijs ik door naar Carolien Schooneveld. Carolien kan bemiddelen bij het WMO-loket van de gemeente om voor financieel minder draagkrachtigen geld los te krijgen voor stralingsafscherming.

Soms zijn mensen heel erg overgevoelig geworden en moeilijk te helpen. Deze mensen bellen dan regelmatig terug. Ook met die mensen probeer ik uit te zoeken waar ze precies last van hebben en hoe ze daar een oplossing voor kunnen vinden. En er zijn mensen die vragen naar stralingsarme vakantieplekken. Die verwijs ik dan de lijst met stralingsarme logeeradressen met bijvoorbeeld campings waar geen wifi is, zoals Staatsbosbeheer campings en naturisten campings.

Ik stelde vroeger voor bellers een soort starterspakket samen met allerlei belangrijke adressen, maar tegenwoordig verwijs ik ze door naar websites. Mijn devies is om samen met de bellers uit te zoeken waar hun klachten van komen, en de mensen dan zelf actief stappen te laten zetten waarmee ze hun situatie, en daarmee hun gezondheid, kunnen verbeteren. Ook vind ik het belangrijk om mensen weerbaarder tegen straling te maken. Soms raad ik daarbij voedingssupplementen aan, zoals Ginkgo biloba, wat goed kan helpen, en vitamine C en D. Wat mij opvalt is dat elektrogevoelige mensen er vaak een ziekte bij hebben, zoals ziekte van Lyme, chemische overgevoeligheid of ME. Veel jonge mensen die elektrogevoelig zijn, hebben ook de ziekte van Lyme. 

Zijn er vragen van mensen die regelmatig terugkomen?
Veel terug komende vragen zijn: Zijn er artsen die elektrogevoelige mensen willen behandelen ? Is er van EHS een officiële diagnose bekend? Is EHS een erkende ziekte ? Hoe gaat de controle arts van het UWV met EHS om ? Hoe ga ik om met buren met DECT telefoons en WIFI modems ? Gelukkig zijn arbodiensten tegenwoordig iets meer ingespeeld op elektrogevoeligheid, waarschijnlijk ook omdat het vaker voorkomt.
 
Verwijs je bellers door naar anderen, en zo ja, naar wie dan?
In veel gevallen verwijs ik door naar een meetspecialist. Meten is immers weten. Als het nodig is verwijst ik door naar Carolien Schooneveld omdat zij kan bemiddelen als er problemen zijn met bijvoorbeeld de werkgever of ARBO-arts. Als mensen samen iets willen doen met andere mensen die elektrogevoelig zijn, verwijs ik door naar de sociale contactlijn.

Hoe reageren vragenstellers in het algemeen op je antwoorden? Voelen ze zich geholpen?
Ik heb mijzelf de afgelopen jaren een algemene werkwijze aangeleerd waarmee ik hoop bellers zo goed mogelijk te helpen. Ik weet dat ik niet te veel moet losbarsten met veel informatie over wat mensen allemaal kunnen doen. Dan verliezen zij het overzicht en is het gesprek minder effectief. Volgens mij is het de kunst om mensen zelf aan het werk te zetten. Daarvoor moet ik meestal eerst vragen stellen om uit te zoeken waar de mensen de meeste problemen mee hebben, en hen daarna vragen om een eerste stap te zetten. 

Hoe vind je het om dit als vrijwilligerswerk te doen?
Ik vind het werk bij de Infolijn leuk om te doen, maar omdat het soms mensen zijn met een zware problematiek, is het soms ook zwaar emotioneel belastend. 

Doe je nog ander vrijwilligerswerk voor Stichting EHS?
Nee. Omdat ik nu vijf jaar bij de Infolijn heb gewerkt, wil ik er binnenkort mee stoppen om weer eens wat anders te gaan doen. Ik ga binnenkort helpen met het opstellen en versturen van een brief over elektrogevoeligheid voor alle huisartsen in Nederland.

Je gaat nu weg, welk advies wil je nog geven voor de andere Infolijn medewerkers? 
Probeer mensen te motiveren om zelf wat te ondernemen, dus stimuleer de zelfredzaamheid van mensen. Heel gevoelige mensen die moeilijk te helpen zijn kun je doorverwijzen naar Carolien Schooneveld voor een coachingstraject.

Wil je misschien ook iets doen voor de belangen van mensen met ElektroHyperSensitiviteit? Neem dan contact met ons op via het contactformulier.